Olieverf 1

Glaceertechniek: planmatig werken 


Om de diepe kleurintensiteit te ontwikkelen waarbij er diepte en warmte vanuit het werk lijkt te komen is het van belang om bij de glaceer techniek een stappenplan. Het werken met een stappenplan kan de ondersteuning geven om het gevoel beter tot uitdrukking te laten komen. Wel is het zo dat je bij glaceren een zeker idee nodig hebt van waar je heen wilt met je schilderij. Dit wil niet zeggen dat je een voorop bepaald idee moet hebben over hoe het er uit moet komen te zien. Gaandeweg zijn er nog vele zijwegen en mogelijkheden om van je gekozen pad af te wijken.  


Het begin

Bepaal je onderwerp. In het geval dat je abstract werkt is het van minder belang hoewel ook daar vaak een eerste idee bepalend kan zijn voor het uiteindelijke resultaat.

Masterclass bij Talens Apeldoorn
De onderlaag: bij het glaceren is het van groot belang dat de basis goed is. Dat wil zeggen dat je er voor zorgt dat er eerst minimaal 2 tot 4 grondlagen Gesso worden aangebracht voordat je begint met je eigenlijke onderwerp te schetsen. Dit doe je om er voor zorg te dragen dat alle volgende lagen een hechtingsgrond krijgen. Je moet hierbij denken aan het feit dat elke volgende laag die je opbrengt steeds iets meer olie krijgt toegevoegd. Omdat de laag die daarvoor is opgebracht dus magerder is dan de volgende zal een deel van de olie die in de nieuwe laag zit zich in de magere laag hechten. Dit absorberende proces van elke onderliggende laag zorgt er voor dat er dus een goede hechting plaatsvind van alle lagen die volgen. Daarom is het van groot belang het hele proces van mager naar vet goed in de gaten te houden. 


Met dank aan Sanne
De basis: schets je ontwerp met houtskool of pastel en veeg de losse deeltjes weg. De eerste laag kun je opzetten met een verf die niet is aangemengd met een medium zoals lijnolie. Wel kun je er terpentijn aan toevoegen omdat dit tijdens het opbrengen en tijdens het droogproces zal verdampen en dus niet in de verf zal blijven. Het is helemaal goed om een zgenoemde 'droge verf' te nemen zoals bijvoorbeeld gebrande umber. Het pigment van deze verf is veel droger dan bijvoorbeeld sapgroen, waardoor het uitermate geschikt is om als onderlaag te dienen. Ook is het mogelijk om bij een kleur een deel gebrande umber toe te voegen om het 'droger' te maken. De tweede laag, die pas wordt opgezet wanneer de eerste laag goed is gehard, kan dan opgezet worden met slechts een druppeltje extra olie eventueel wat liquin. De derde laag (ook weer na het uitharden van de tweede laag) dient weer wat meer olie te bevatten dan de tweede laag. Let wel op hoeveel olie je toevoegt. Zeker in het begin moet het met mate worden toegevoegd. Zo kunnen er nog enkele lagen worden opgezet via het beschreven proces. Zorg dat je langzaam werkt naar de tint/kleur die je globaal gezien nodig hebt als achtergrond voor je werk.  


De opzet

De opzet is als het ware de schets van je eigenlijke werk. Gebruik hiervoor een verf die wederom iets vetter is dan de laatste grondlaag die je hebt opgebracht. Je kunt er liquin bijvoegen om het schetsen makkelijker te maken. De schets kun je in principe direct gaan uitwerken. Hou hierbij goed in de gaten dat er nog vele lagen kunnen volgen dus concentreer je alleen op grote vlakken en de basistinten van je onderwerp. Wanneer je nu al begint met detaillering en kleurnuances die je graag wilt hebben zullen deze naar alle waarschijnlijkheid verloren gaan door de lagen die je er overheen zult moeten brengen om het gewenste resultaat van warmte en diepte te kunnen bereiken. Concentreer alleen op vorm en licht - donker. 

Met dank aan Rina
Uitwerken opzet: als je een duidelijke opzet hebt gemaakt ga je beginnen met de eerste uitwerking van deze opzet. Hier ga je niet zozeer de details opwerken maar meer jouw idee van hoe het moet worden. Werk dit uit zodat de vorm duidelijk wordt. Concentreer je hier op licht en donker. Deze stap herhaal je ongeveer 3 tot 4 keer in steeds dunner wordende glaceerlagen.
Dus je doet steeds meer olie en liquin bij de
verf. Je kunt variëren met de kleurnuances die
je gebruikt maar doe dit liefst over het gehele schilderij en niet alleen in bepaalde delen van
het schilderij. Uiteindelijk doe je dus 3 tot 4 keer hetzelfde. Maar doordat je steeds transparanter gaat werken neemt de diepte en warmte van het werk toe. Let goed op het toenemende gebruik van de olie of liquin.


Onderstaande link geeft informatie over het bijzondere van de olieverf en haar ontstaan.


https://www.youtube.com/watch?v=3JF2vBzgSUM&list=PLNp8t8niWOrQNg07YZw5_phkVnv5QLlHf&index=1&t=42s